Zwoegend heren 1 trekt aan langste eind

‘De wereld is niet stuk te krijgen’, schreef de Russische schrijver Maxim Osipov. En gelijk heeft hij. Want hoewel Het Spant er een tijdlang stil er verlaten bij lag, wordt het altijd weer dag en de vogels verschijnen weer. De vogelen des hemels, de tamme en de wilde vogels, vogels van allerlei pluimage, zo schrijft wederom Osipov. Eindelijk was het weer zover: Het Spant gevuld met vogels van allerlei pluimage. Gonzende geluiden, zwetende koppies, geschreeuw en gegil, en de altijd maar zo heerlijke spanning van de wedstrijd. Natuurlijk met heren 1 als sluitstuk van de dag. Is er in de tussentijd veel veranderd? Niet bepaald. De bal is nog steeds rond, trainer/coach Jaco Verheij nog steeds kalend en heren 1 nog min of meer in dezelfde samenstelling, met tamme en meer wilde vogels.

Dan de wedstrijd. Met als gast in Het Spant het team van OKK HS 1. Een jong team, maar taai vlees zo bleek. In de eerste set werd al snel duidelijk dat OKK niet gekomen was om als kanonnenvoer te dienen. De strijd ging gelijk op, maar AVVA sloeg al snel een gaatje onder leiding van routinier Joshua Blokland: 9-5. Toch zat er een bepaalde stramheid en gezapigheid in de ploeg waar OKK gretig van profiteerde. De blokverdediging werd maar half opgetrokken, serverend lukte het AVVA maar niet om goed druk te zetten en ballen werden uitgeslagen. OKK bleef in het spoor en kwam langszij: 19-19. De vertwijfeling sloeg verder toe, de fouten stapelden zich op terwijl OKK stoïcijns, geconcentreerd en geraffineerder doorzette: de set kantelde richting de tegenstander: 21-25.
In set twee, nu met Paul Oevermans, Dirk-Jan Blokland en Ruben van Hoorne, begon wederom in het voordeel van AVVA, waarbij diagonaalspeler Ruben van Hoorne de lucht in klom om de ballen binnen te heien: 10-5. Maar mentaal was de wind erg vlagerig en soms leken de heren te lijden aan acute zenuwinzinking. Met als gevolg een hoge foutenlast. En dat terwijl OKK stabieler oogde, constanter speelde en ook iets slimmer omging met de kansen die ze kregen. Zo werd het vechten voor elk punt en de ploegen gaven elkaar weinig ruimte: 15-15. Hoewel het nog steeds rommelig bleef, kwam de aanval aan Termeise zijde steeds beter op stoom, gecombineerd met wat vernuft van middenman Dirk-Jan Blokland werd het pleit nu in het voordeel van AVVA beslist: 25-21.

Set drie wordt dan altijd een spannende: wie neemt mentaal een voorschot op de overwinning? Het puntenverloop dat u razende reporter bijhoudt, blijkt ook in de derde set precies hetzelfde beeld te geven als de eerste twee. AVVA steeds 1 tot 3 punten los, en OKK dus als een vervelende wesp die maar om je heen blijft zoemen. Aan Termeise zijde was het allemaal nog niet best. De pass was hoekerig, slepend, en ook de blokkering bleef een moeizaam verhaal. Steeds weer ketste de bal bij een blok van AVVA richting kleedkamer, waardoor er geen handje meer onder kon komen en de mannen met frustratie de bal na moesten staren. Natuurlijk kan dat een keer gebeuren, maar het is ook een kwestie van de handjes positioneren en op tijd de tengels boven de netrand uitsteken. OKK bleef ongestoord het werk doen en AVVA kon het verdedigend maar niet op orde krijgen. En toen opeens weer een zenuwinzinking met als gevolg gemauw, verslagenheid en geklooi. De jongens van OKK hadden geen medelijden met de lijdende patiënt en gooide zout in de wonden: 16-22. Even richtte de mannen zich nog op, maar de set stierf weg: 19-25.

Een benarde situatie toch wel. 1-2 achter en dat met de gedachte dat dit toch een wedstrijd moest zijn waar de punten kunnen worden binnengesleept. Naast mij zat Lijs Haringsma en Covid of niet, nog meer oudjes schoven de bank in en kropen tegen ons aan om met de schouders tegen elkaar de zinderend ontknoping mee te maken. Zou AVVA erin slagen het tij te keren? Weer ging de strijd gelijk op, maar nu lukte OKK het om steeds een paar punten op voorsprong te blijven. AVVA zwoegde, zweette, en probeerde de prima blokkeerders van OKK te omzeilen wat bij vlagen lukte door de aanvallers van AVVA: 12-12. Maar langzamerhand sloeg de vermoeidheid toe bij de tegenstander, en het constante spel begon af te brokkelen. AVVA, toch altijd een trage starter geweest, begon beter te volleyballen en zowel spelverdeler Jacco Jansen, passer/loper Paul Oevermans en diagonaalspeler Ruben van Hoorne kregen steeds meer kleur op de wangen. AVVA knokte zich naar een voorsprong: 18-15. Maar de blokkering van AVVA bleef een open wond waar OKK zeurderig in bleef duwen en ook de passing bleef haperen: OKK dook als eerste door de 20-punten grens: 19-21. Het pessimisme bij de oude van dagen naast mij sloeg verder toe: ‘Dat komt niet meer goed’. ‘Dat wordt 1-3 verlies’. En meer van dat soort weinig hoopvolle taal. Maar de mannen van AVVA laten zich niet zomaar piepelen. Met vereende krachten en met behulp van wat foutjes aan OKK-zijde hamerde Ruben van Hoorde het laatste punt binnen: 25-23.

Een vijfde set dus. Spanning en sensatie. Dat hadden we toch moeten missen. AVVA schoot uit de startblokken met goed doorkomende 3-meter aanvallen en met behulp van aanzwellend geschreeuw vanaf de tribune. Men nam de voorsprong: 10-6. Maar OKK, met een goed spelende middenaanvaller waar AVVA het antwoord op moest schuldig blijven, kwam punt voor punt terug. 11-10. Maar de uitstekend op dreef zijnde Ruben van Hoorne was de zoemende wesp zat, en besloot deze maar eens definitief van zich af te slaan: 15-12.

Winst dus! Zwaarbevochten, dat wel. Werk aan de winkel ook. Het was allemaal nog wat tam, wat flegmatiek. En de heren waren ook vaak zichzelf tot tegenstander. Misschien was het ook nog wat onwennig. Maar het mooiste was: eindelijk weer volleyballen, eindelijk weer spel en spanning, eindelijk weer een biertje met elkaar. Dat hadden we toch wel een beetje gemist. En dat betere spel komt dan ook wel weer.